1920 Antwerpen | | Sporten met Nederlanders | | Bronnen |
Data: 23 april - 12 september 1920 Aantal deelnemers: 2664 Aantal landen: 29 Aantal sporten: 29 Nederlandse deelnemers: 130 | | Atletiek (11*) - Boksen (8) - Boogschieten (8) - Gewichtheffen (5) - Paardensport (1) - Roeien (12) - Schermen (10) - Schieten (15) - Touwtrekken (8) - Voetbal (14*) - Waterpolo (9*) - Wielrennen (10) - Worstelen (9) - Zeilen (8) - Zwemmen (4*) * Twee Nederlanders namen deel aan twee verschillende takken van sport. Goud (4) ►Boogschieten: Team doelschieten 28 meter ►Wielrennen 1 km sprint: Maurice Peeters ►Zeilen: 6,5 meter klasse ►Zeilen: 12-voets jol klasse Zilver (2) ►Touwtrekken ►Zeilen: 12-voets jol klasse Brons (5) ►Schermen sabel: Adrianus de Jong ►Schermen sabel: team ►Voetbal ►Wielrennen 50 km baan: Piet Ikelaar ►Wielrennen: tandem | | ►Jan Lampo ►Olympische-anekdotes.be ►Wikipedia |

VII.Olympiade
De Olympische Zomerspelen van de VIIe Olympiade werden in 1920 gehouden in Antwerpen, België. De Spelen werden aan België toegekend vanwege het vele lijden van het Belgische volk tijdens de Eerste Wereldoorlog. Ook Amsterdam en Lyon waren kandidaat voor het organiseren van de spelen. Lyon trok zijn kandidatuur echter in voor de stemming plaatsvond. Voor de financiering van de Spelen deed België een beroep op reders en diamantairs om voldoende fondsen bij elkaar te krijgen. Er deden atleten uit 29 landen mee aan de Spelen. Duitsland en Oostenrijk werden niet uitgenodigd. Rusland bleef weg omdat het werd verscheurd door een revolutie.
De Spelen waren niet het gehoopte populaire succes. De hoge toegangsprijzen schrikten het grote publiek af. Een toegangsticket voor de volksplaatsen kostte bijvoorbeeld 3 frank, een zeer hoge prijs voor die tijd. De prijs van een loge op het tennistoernooi was een heel fortuin: 3500 frank. Niet alleen de hoge prijzen, ook het slechte weer hield het volk weg. Het organisatiecomité nam alle schulden op zich, maar weigerde elke extra uitgave, zelfs de publicatie van een gedenkboek....
Olympische plantrekkerij door Jan Lampo
“Wij hebben gezien die schaar kortgerokte hemelsch blauwe juffers uit Amerika, Denemarken, Zweden met hun waaiende haren en bloote armen, veel schooner dan de godinnen onzer tafereelen op doek of in marmer.” Dat schrijft de extatische journalist Leon Ramault in Sportwereld na de opening van de Olympische zomerspelen op zaterdag 14 augustus 1920 in het Antwerpse Beerschotstadion. Ramault vergeet te zeggen dat van de 2.668 atleten – een andere bron gewaagt van 4.353 deelnemers – maar 64 vrouwen zijn. Die mogen alleen schaatsen, tennissen en zwemmen. De journalist besteedt ook geen aandacht aan de bedenkelijke financiële vooruitzichten van de eerste naoorlogse Olympische Spelen. Hij gaat tenslotte niet in op de afwezigheid van atleten uit het overwonnen Duitsland, Oostenrijk – Hongarije en Turkije of op het feit dat sportlui uit de jonge Sovjet-Unie evenmin welkom zijn.
De verwachtingen in Antwerpen zijn hooggespannen. Het Internationaal Olympisch Comité van de Franse baron Pierre de Coubertin heeft de stad gekozen om eer te bewijzen aan het kleine, maar dappere België. Gallant little Belgium heeft in de donkere oorlogsjaren meer dan zijn plicht gedaan. Andere kandidaten voor de Spelen waren Boedapest in het vijandige Oostenrijk – Hongarije en Amsterdam in het neutrale Nederland. Na de geallieerde overwinning kunnen zij geen aanspraak maken op zo’n schouderklopje.

Anekdotes
De disciplines zelf werden over heel wat steden gespreid. Het fietsen op de weg ging door in Antwerpen stad, boksen en worstelen in de Antwerpse Zoo, tennis op Beerschot tennis club, pistool- en geweerschieten in het kamp van Beverlo/Leopoldsburg, roeien op het kanaal van Willebroek, zeilen van de 12 voet dinghy in het Buiten Y van Amsterdam, schermen in het Brusselse Egmont paleis, schieten op bewegende dieren en kleiduiven in het Brasschaatse militaire kamp Hoogboom, voetbal in het Gentse Otten stadion, het Brusselse Duden stadion van Union St-Gillis, het Beerschotstadion en de stadion van Royal Antwerp FC, boogschieten in het Antwerpse Nachtegalenpark, atletiek, paardrijden, veldhockey, turnen, moderne vijfkamp, rugby, touwtrekken en gewichtheffen in het stadion van Beerschot, polo en zeilen in Oostende, figuurschaatsen en ijshockey in het Antwerpse ijspaleis, duiken zwemmen en waterpolo in het Antwerpse nautisch stadion en wielrennen op de piste in de Antwerpse Velodrome Zurenborg.